Stemmen op de afvalberg

De Zwitserse politica Pearl Pedergnana gaf in 2014 leiding aan een delegatie van de Raad van Europa die het verloop van de Nederlandse gemeenteraadsverkiezingen observeerde. Ze verbaasde zich over de vuilcontainers die fungeren als stembus. Haar aanbevelingen zijn nog steeds actueel. Hoe heilig is de stem van de Nederlandse kiezer?

Tekst René Zwaap

WINTERTHUR – Pearl Pedergnana kent uit eigen ervaring het belang van een vlekkeloos electoraal proces. In 2001 deed ze als kandidaat van de Zwitserse Socialistische Partij SP een gooi naar een zetel in het stadsbestuur van haar woonplaats Winterthur.  Haar opponent  behaalde 13.394 stemmen, zij zelf 13.393. De lokale kiesraad en later het gemeentebestuur gingen aanvankelijk niet in op de eis van haar partij de stemmen te hertellen. Maar uiteindelijk gebeurde dat toch en dat leverde precies de omgekeerde uitslag op:  13.394  stemmen voor Pedergnana,  13.393 voor haar opponent.  De weg naar het stadhuis lag alsnog open. Voor het hertellen van stemmen zijn de criteria in de Zwitserse wetgeving inmiddels vastgelegd in heldere regels.

Iedere stem telt en daarom springen de Zwitsers uiterst behoedzaam om met de wil van het soevereine stemvolk. ‘Bij ons worden de stemformulieren door de kiezer in een gesloten houten kluizen urnen gedeponeerd, die na het sluiten van het stemkantoor met rode tape worden verzegeld’, vertelt Pedergnana.  ‘Bij het tellen mogen beslist geen buitenstaanders aanwezig zijn. Ik moest wel even slikken toen ik in een Amsterdams stembureau zag hoe  dat er in Nederland aan toegaat. De stemformulieren belandden in grote plastic afvalcontainers die ’s avonds bij het sluiten van het stemkantoor gewoon over de vloer werden uitgestort.  Om die afvalberg van stemmen op de vloer stonden  mensen van buitenaf, die vrij waren een kijkje mochten nemen. Sommige van die formulieren verdwenen bij het uitkiepen van die vuilnisemmers onder bureaus of tafels en moesten daar weer vandaan worden gepakt. Wie kwaad in de zin zou hebben, zou daar vrij eenvoudig zijn slag kunnen slaan, bedacht ik me toen. Ook bij het tellen zelf was  het publiek gewoon aanwezig. Wat mij ook opviel was dat de formulieren daarna gewoon in open tassen werden gestopt. Het Nederlandse kiesstelsel wordt gekenmerkt door openheid en transparantie. Maar het is wel heel erg een high trust-operatie. Dat is tegelijkertijd ook de charme ervan. In Nederland mag je tijdens het stemmen selfies maken – dat is in Zwitserland ondenkbaar’.

Pederagnana was niet alleen in Nederland verkiezingswaarnemer. Ze deed hetzelfde in Georgië en Macedonië. ‘In Georgië had de oppositie camera’s hangen in het stemlokaal, en de urnen waren doorzichtig , zo groot was de angst voor manipulatie. In Macedonië werd de oppositie onderdrukt en kreeg ze geen toegang tot de media’ . Het contrast met de goed gefundeerde democratie in Nederland kon niet groter zijn, geeft  ze aan. Haar Nederlandse ervaring dateert van 2014, toen ze leiding gaf aan een delegatie van het Congres van Lokale en Regionale Autoriteiten, een onderdeel van de Raad van Europa.  De delegatie bestond uit zes teams van lokale en regionale politici uit elf verschillende Europese landen, die door heel Nederland observeerden hoe de gemeenteraadsverkiezingen verliepen.

De delegatie kwam op uitnodiging  van toenmalig minister  van Buitenlandse Zaken Timmermans en voerde gesprekken met  minister Plasterk van Binnenlandse Zaken en met leden van de VNG en de Kiesraad.  In haar aanbevelingen stond Pedergnana stil bij het hoge percentage stemmen per volmacht, dat 10 procent bedroeg:  ‘Vooral bij kiezers met een niet-westerse achtergrond bleek stemmen met een volmacht in zwang: in 2006 bracht binnen die groep 21 procent op die manier zijn stem uit. Hoewel het kopen van stemmen geen issue bleek in Nederland, is het toch een kwetsbaar punt. Want hoe gegarandeerd is het stemgeheim in zo’n situatie, met name voor vrouwen?’

 

Stemmen per post

Een mogelijk alternatief voor de volmacht is het voortijdig stemmen per post. In Zwitserland  – maar niet alleen daar –  is dat gemeengoed.  ‘In Nederland is stemmen per brief alleen maar mogelijk voor kiezers in het buitenland, maar dat zou je probleemloos kunnen uitbreiden naar binnenlands gebruik. Dan moet je natuurlijk wel zorgen voor genoeg lijm voor de enveloppen’, zegt Pederagna, verwijzend naar de recente verwarring bij de Oostenrijkse presidentsverkiezingen, die opnieuw moesten worden gehouden toen er klachten kwamen over  enveloppen  voor het stemmen per post die over een gebrekkige plakrand zouden beschikken.

Andere zaken waar Pederagnana  in haar rapportage over de Nederlandse verkiezingen aandacht voor vroeg waren duidelijkere regels voor transparante partijfinanciering op lokaal niveau, het verontrustend lage opkomstpercentage en het moeizame telsysteem. Pederagnana over dat laatste punt: ‘Vanwege het ontbreken van een kiesdrempel doet er in Nederland een zeer hoog aantal partijen aan de verkiezingen mee. Die partijen hebben vaak ook nog eens lange kandidatenlijsten. Dat maakt het tellen van de stemmen tot een moeizaam, tijdrovend proces. Automatisering zou soelaas kunnen bieden, maar de investeringen die daarmee zijn gemoeid – geschat tussen de 150 en 250 miljoen euro – schrikken af, zo werd mij verteld. Daarnaast is er de angst voor hackers.  Om die redenen werden de stemmachines die bij de gemeenteraadsverkiezingen van 2006 werden gebruikt weer afgevoerd en gaat het hele proces als vanouds met papier en potlood. Ik denk dat het wel degelijk mogelijk is het stemproces te moderniseren. Zelfs stemmen met je handy zou moeten kunnen’.

Voor wat betreft het hertellen van de stemmen zou het goed zijn als daar ook in Nederland duidelijke regelgeving voor wordt ontwikkeld, aldus Pederagnana. ‘In Zwitserland is het nu de norm dat stemmen bij een verschil tussen partijen of kandidaten kleiner dan 0,8 procent verplicht worden herteld. Daarnaast is er het vier ogen-principe dat de stemmen worden geteld door twee mensen tegelijk – een gebruik dat nu ook in Nederland is overgenomen, maar dat in 2014 nog niet werd gepraktiseerd.  Het laatste dat je als democratie wilt is dat er getwijfeld kan worden aan de rechtmatigheid van een verkiezingsuitslag’.