Foto: Katarina Holländer

‘Een duister stel’ schrijft geschiedenis

Twintig jaar geleden was het land te klein toen De Volkskrant het bestaan onthulde van het Republikeins Genootschap, een select gezelschap van vijftien hooggeplaatste heren die van mening waren dat het maar eens uit moest zijn met die Oranje-monarchie. Het RG bleek al een jaar te bestaan – de oprichtingsvergadering vond plaats op 11 september 1996 in het Delfste Princenhof, niet geheel toevallig de plek waar Balthasar Gerards in 1584 Willem van Oranje naar de andere wereld hielp – maar tot dan toe had deze Bende van de Zwarte Hand zijn bestaan discreet stil weten te houden. De geheimzinnigheid bleek niet eeuwig te handhaven. De Volkskrant legde de hand op de notulen en toonde zich ongevoelig voor de evidente ironie van de passage waarin stond dat het genootschap alleen toegankelijk was voor autochtone vaderlanders van mannelijke kunne. De Telegraaf rook bloed. ‘Antimonarchisten weren allochtonen’, kopte de krant in chocoladeletters. ‘Koningin werkt onverstoorbaar door’, stelde een nevenstaand bericht het volk gerust. De uit de kast gekomen republikeinen werden door de krant afgedaan als een ‘stel alcoholische lolbroeken dat thuis niets te vertellen heeft’. Een getergde premier Kok maakte gewag van ‘een duister stel’ en volkszanger Gerard Joling zag ‘landverraders’ in dit ‘zielige clubje oude, verzuurde mannetjes’ die hij maar wat graag ‘voor zijn bumper’ zou krijgen.

RG-lid Ben Knapen kreeg direct slappe knieën en sprak van een ‘schertsgezelschap’ dat te Delft ‘een premature 1 april-grap’ had uitgebroed. Daarmee daalde het aantal leden naar 14. Harry Mulisch had ‘als zoon van twee allochtonen’ al voor de eer had bedankt. ‘Allemaal onzin en aanstellerij’, commentarieerde diens medelid Martin van Amerongen in De Groene. Hij verzekerde manmoedig:  ‘Het feit dat sommige leden van het Republikeins Genootschap zich inmiddels, belaagd door de media en geïntimideerd door het gesundes Volksempfinden, in hun keukenkastje hebben verschanst, bewaakt door twee bodyguards en de directiesecretaresse, laat de authenticiteit van hun republikeinse sentimenten onverlet. Inmiddels hebben alle paarse jongerenorganisaties (de socialisten, de liberalen en de democraten) zich met de doelstellingen gesolidariseerd’.

En inderdaad: het RG deed eigenlijk niet zo veel maar zette toch het een en ander in gang. Bijvoorbeeld de oprichting van het Nieuw Republikeins Genootschap (NRG), dat nog immer groeit als kool. Onlangs kwam dan het officiële bericht dat het RG en het NRG vanaf nu samen doorgaan onder de naam Republikeins Genootschap. Vooralsnog ging dit wapenfeit niet gepaard met bloeddorstige koppen in De Telegraaf en ook Gerard Joling is nog niet in zijn bolide gesignaleerd. Blijkbaar is er dan toch gewenning ontstaan.

 

René Zwaap, hoofdredacteur