Europese Unie

Interview: George Soros over de samenzwering tegen hemzelf, de Gierige Vijf en het dreigende einde van de Europese Unie

George Soros investeerde wereldwijd 32 miljard dollar in de verwezenlijking van de Open samenleving en haalde zich daarmee de haat op de hals van zowel autocratische nationalisten als linkse complotdenkers. Wat beweegt hem en hoe ziet hij zijn vijanden? Een interview.


Tekst: Mario Calvo-Platero, La Repubblica

George Soros is een van de meest iconische financiers van de eeuw. Hij is de man die in 1992 de Bank of England ‘failliet’ liet gaan, de filantroop die 32 miljard dollar heeft weggegeven om open samenlevingen te stimuleren, de politieke bokser die heeft gespard met mensen als Donald Trump en Viktor Orbán. En toch, zittend in zijn privé-bloementuin thuis op Long Island in New York en aan de vooravond van zijn 90e verjaardag, zit Soros met één knagende onzekerheid. ‘De mensen kennen mij niet’, vertrouwt hij toe.

Zijn twijfel is op een bepaalde manier begrijpelijk. Weinig mensen zijn meer onderwerp geweest van complottheorieën, velen van hen zijn absurd. De ouders van Soros hebben de Gestapo in zijn geboorteland Hongarije overleefd en toch wordt hij voor nazi uitgemaakt; hij wordt er valselijk van beschuldigd de architect van de financiële crisis van 2007/9 te zijn; een Jood te zijn van ‘ flexibele moraal’ en hij is zelfs de Antichrist genoemd. Er wordt beweerd dat hij een project uitwerkt – en deze schrijver heeft dit in Amerika gehoord – om het christendom in Europa uit te roeien door massale moslimimmigratie uit Afrika te organiseren.


Symbool van verwarring

Allemaal fantasieën, en de lijst gaat maar door. Soros is op mysterieuze wijze een symbool is geworden van de totale verwarring, onwetendheid en angst die de digitale wereld vandaag de dag overheersen, met aanvallen die zowel van links als van rechts komen. Zelfs de Vijf Sterren Beweging in Italië, een echte linkse pro-gouvernementele beweging opgezet door een komiek, heeft hem als vijand bestempeld.

Niets van dit alles lijkt Soros te verontrusten. We drinken thee op een schaduwrijke binnenplaats, met een koel windje uit de Atlantische Oceaan, met een plastic afscheiding tussen ons in, om de COVID-19 afstandsregels na te leven. Hij heeft een rationele verklaring voor de ongewone wreedheid van sommige van de aanvallen op hem. ‘Er zijn verschillende onderdelen van deze complotten’, zegt hij rustig. ‘Een daarvan is dat ik een fundament heb gebouwd dat eigenlijk het grootste deel van de wereld beslaat. Dat past bij het idee van wat destijds een Joods-bolsjewistische wereldwijde samenzwering werd genoemd. Nu wordt het gewoon een Joods complot genoemd’.

Hij wil duidelijk maken dat hij geen politicus is, maar een man met overtuigingen, die zich bezighoudt met vele zaken over de hele wereld en dat zijn tegenstanders het handig vinden om internationaal dezelfde vijand te delen. Dit verklaart een eenvoudige waarheid, zegt hij: ‘Er is een echte internationale samenzwering tegen mij. Dus als ik dezelfde kwesties voor een Open Samenleving over de hele wereld aan de orde stel, zoals discriminatie, raciale uitsluiting, totalitaire regimes, dan is dat geen complot, maar zet ik de missie van mijn leven openlijk op de voorgrond. En mijn vijanden leren van elkaar. En ze vallen samen aan met soortgelijke technieken’.

Daarom voelt Soros, temidden van zoveel nepnieuws over hem, de drang om te vertellen wie hij is. En zijn verhaal begint: ‘Ik ben geboren in 1930 in een joodse middenklasse gezin in Boedapest. Zoals zoveel andere joden had ik in maart 1944, toen nazi-Duitsland Hongarije bezette, kunnen omkomen, als mijn vader niet beter dan de meeste mensen had begrepen wat er zou gebeuren’ .

Zijn vader Tivadar en moeder Elizabeth hadden diepe wortels in Hongarije, maar in 1936, toen het antisemitisme en nationalisme in het hele land oprukten, besloten ze de oorspronkelijke Duitse joodse familienaam Schwarz te veranderen in Soros, om als joods minder zichtbaar te worden. Zijn vader beheerde gebouwen en toen de nazi’s arriveerden, regelde hij valse identiteitspapieren en onderduikplekken, niet alleen voor zijn familie maar ook voor een vrij groot aantal andere mensen. Als ze dat konden, zouden sommigen daarvoor betalen; degenen die minder middelen hadden, werden gratis geholpen.

‘Het was mijn vaders mooiste moment’, zegt Soros met een vleugje emotie in zijn stem en ogen. Meer dan een uur lang kijkt hij terug op zijn jeugdjaren in Hongarije. En hij gaat verder terug in de tijd: naar de avonturen van zijn vader Tivadar, weggelopen uit een gevangenkamp in Siberië, in 1918, te midden van de Bolsjewistische Revolutie.

Toen hij in het concentratiekamp in Siberië was, leerde Tivadar Esperanto, dat bleek een belangrijk reddingsinstrument in het kampleven. Later schreef Tivadar een boek, Crusoes in Siberia, over zijn Russische ervaringen en zijn avontuurlijke ontsnapping uit het kamp.

In een ander boek, Masquerade, schrijft zijn vader hoe hij in het door de nazi’s bezette Duitsland rond de dood danste en hoe hij wéér wist te ontsnappen, dit keer om zijn familie en gemeenschap te redden. Het is duidelijk dat die verhalen over de gevaren van het communisme en het totalitarisme en de discriminatie indruk maakten op de jonge George, die een belangrijke les leerde die zijn hele leven lang een mantra zou blijven: anticiperen op het verloop van de gebeurtenissen is een kwestie van overleven. Een goede les.


Karl Popper

In 1947 was George aan de beurt om de proef te doorstaan en te ontsnappen uit het door de USSR bezette Hongarije. Hij slaagde erin om eerst een Esperanto-conferentie in Zwitserland te mogen bijwonen. Van daaruit ging hij op zijn 17e naar Engeland, waar hij aan de London School of Economics ging studeren. Het was daar dat hij professor Karl Popper ontmoette, een in Wenen geboren filosoof, die een boek schreef met de titel Open Society and Its Enemies. ‘Ik koos hem als mijn mentor, mijn leraar. Ik kwam onder zijn invloed, zijn denken. Ik werd een grote gelovige in een open samenleving. Ik ontwikkelde een conceptueel kader gebaseerd op de twee pijlers van feilbaarheid en reflexiviteit dat de leidende filosofie van mijn leven blijft. In feite is het een instrument om te anticiperen op gebeurtenissen en het heeft me ook geholpen bij het succes op de financiële markten. En ik heb veel geld verdiend.’

Hij heeft inderdaad veel geld verdiend. Na 32 miljard dollar aan filantropie te hebben weggegeven, heeft Soros nog steeds een persoonlijk fortuin van ongeveer 8 miljard dollar. Zijn financiële carrière begint in 1954 bij de zakenbank Singer en Friedlander in Londen, in 1956 gaat hij in New York werken voor F.M. Mayer. In 1969 richt hij een heel klein fonds op, Double Eagle genaamd, met een investering van 4 miljoen dollar. Een van de eerste hedgefondsen in die tijd. En de rest is geschiedenis.

Double Eagle wordt in 1973 het Soros Fonds en later het Quantum Fonds. In 1992 levert het zijn grootste prestatie, een investering van 10 miljard dollar om het Britse pond te shorten. In die tijd moest Duitsland zijn hereniging financieren en leende het enorme hoeveelheden op de markt, waardoor het toenmalige Europese Monetaire Stelsel onder enorme druk kwam te staan. Uiteindelijk stortte de Britse pond in en verdiende Soros 1 miljard dollar.


Bitterzoete overwinning

De overwinning was bitterzoet, want in die deal was een duidelijke tegenstrijdigheid: de man die al een stichting had opgericht om Europa te steunen, was ook bereid om voor eigen gewin een klap uit te delen aan de Unie die hij koesterde. Een aantijging die hij volledig afwijst. Hij zegt: ‘In 1992 zag ik een kans waarbij het risico beperkt was, maar de beloning veel groter in geval van succes. Het was een asymmetrische gok in mijn voordeel. Ik was bereid om mijn hele kapitaal te riskeren door hier op te wedden. En ik was ook niet de enige die het deed. Ik was een belangrijke factor, maar als de inefficiëntie in de markt was, dan speculeerden andere mensen ook. Misschien deed ik het op grotere schaal dan anderen deden in verhouding tot mijn vermogen’.

Om zijn punt over het nemen van risico uit te leggen gaat Soros terug naar 1979, toen hij ook al een belangrijke gok nam. Hij stond onder grote druk. Zoals hij zich herinnert, liep hij in Leadenhall Street in Londen op zoek naar financiering voor zijn deal. ‘De druk was zo groot dat ik dacht dat ik een hartaanval zou krijgen. Het was vals alarm. Maar het zette me aan het denken dat als ik was gestorven, ik een verliezer zou zijn geweest, omdat ik mijn leven zou hebben verloren toen ik geld probeerde te verdienen’. Uiteindelijk zou die gok mislukken.

Het was rond die tijd dat Soros besloot om zijn stichting te starten. Geld verdienen was niet genoeg; hij begreep de noodzaak van een missie voor het algemeen belang en hij richtte zich op Europa, dat nog steeds in de voorhoede van zijn zorgen ligt. Zijn missie was het naar voren brengen en verder ontwikkelen van het idee van zijn oude mentor voor een Open Samenleving, het versterken van de pijlers van democratie, burgerrechten, onderwijs. Dat hij succesvol was, weten we uit de aanvallen die hij op het internet krijgt van de krachten van het nationalisme. Nu hij 90 jaar oud is, is het triest om te zien dat 76 jaar nadat hij in zijn geboorteland Boedapest aan deportatie was ontsnapt, diezelfde krachten van nationalisme, vooroordelen en racisme weer terug zijn. Daarom is zijn missie nog steeds springlevend: het is waar dat de geschiedenis zich herhaalt, maar er kan iets aan gedaan worden.

Het nieuwe coronavirus heeft het leven van ieder mens op aarde verstoord. Hoe ziet u de situatie?

‘We bevinden ons in een crisis, de ergste crisis in mijn leven sinds de Tweede Wereldoorlog. Ik zou het omschrijven als een revolutionair moment waarop het scala aan mogelijkheden veel groter is dan in normale tijden. Wat in normale tijden ondenkbaar is, wordt niet alleen mogelijk, maar gebeurt ook daadwerkelijk. Mensen zijn gedesoriënteerd en bang. Ze doen dingen die slecht voor hen zijn en slecht voor de wereld.’


Hoe ziet u de situatie in Europa en de Verenigde Staten?

‘Ik denk dat Europa zeer kwetsbaar is, veel meer dan de Verenigde Staten. De Verenigde Staten zijn een van de langst bestaande democratieën in de geschiedenis. Maar zelfs in de Verenigde Staten kan een zelfverzekerde bedrieger als Trump tot president worden gekozen en de democratie van binnenuit ondermijnen.

‘Maar in de VS bestaat er een grote traditie van checks and balances en vaste regels. En bovenal is er de Grondwet. Dus ik heb er alle vertrouwen in dat Trump een voorbijgaand fenomeen zal blijken te zijn, hopelijk eindigend in november. Maar hij blijft zeer gevaarlijk omdat hij vecht voor zijn leven. Hij zal praktisch alles doen om aan de macht te blijven omdat hij de Grondwet op veel verschillende manieren heeft geschonden en als hij het presidentschap verliest, zal hij ter verantwoording worden geroepen.

‘Maar de Europese Unie is veel kwetsbaarder omdat zij een onvolledige Unie is. En ze heeft veel vijanden, zowel intern als extern.’

Wie zijn de vijanden binnenin de Europese Unie?

‘Er zijn veel leiders en bewegingen die zich verzetten tegen de waarden waarop de Europese Unie is gegrondvest. In twee landen hebben ze de regering zelfs overgenomen, Viktor Orbán in Hongarije en Jaroslaw Kaczyński in Polen. Toevallig zijn Polen en Hongarije de grootste ontvangers van het door de EU verdeelde structuurfonds. Maar eigenlijk is mijn grootste zorg Italië. Een zeer populaire anti-Europese leider, Matteo Salvini, won terrein totdat hij zijn succes overschatte en de regering liet vallen. Dat was een fatale fout. Zijn populariteit neemt nu af. Maar hij is vervangen door Giorgia Meloni van Fratelli d’Italia, die nog meer een extremist is. De huidige regeringscoalitie is uiterst zwak.

Ze worden alleen bij elkaar gehouden om een verkiezing te voorkomen waarbij de anti-Europese krachten zouden winnen. En dit is een land dat vroeger de meest enthousiaste aanhanger van Europa was. Want de mensen vertrouwden de EU meer dan hun eigen overheid. Maar nu blijkt uit onderzoek van de publieke opinie dat het aantal aanhangers van Europa afneemt en dat de steun om lid te blijven van de Eurozone afneemt. Maar Italië is een van de grootste leden, ze is te belangrijk voor Europa. Ik kan me geen EU zonder Italië voorstellen. De grote vraag is of de EU in staat zal zijn om Italië voldoende steun te bieden.’

De Europese Unie heeft zojuist een herstelfonds van 750 miljard euro goedgekeurd…

‘Dat is waar. De EU heeft een zeer belangrijke positieve stap voorwaarts gezet door zich ertoe te verbinden op veel grotere schaal dan ooit tevoren geld te lenen van de markt. Maar toen slaagden verschillende landen, de zogenaamde Gierige Vijf – Nederland, Oostenrijk, Zweden, Denemarken en Finland – erin om het daadwerkelijke akkoord minder effectief te maken. Het tragische is dat ze in principe pro-Europees zijn, maar ze zijn erg egoïstisch. En ze zijn erg zuinig. Dat heeft geleid tot een overeenkomst die ontoereikend zal blijken te zijn. Met name de omvang van de plannen voor het klimaatveranderings- en defensiebeleid is teleurstellend. Ten tweede willen ze er ook voor zorgen dat het geld goed wordt besteed. Dat schept problemen voor de zuidelijke staten die het hardst door het virus zijn getroffen.’

Gelooft u nog steeds in een Europese eeuwigdurende obligatie?

‘Ik denk nog steeds dat het een goed idee zou zijn: bij een eeuwigdurende obligatie hoeft de hoofdsom nooit te worden terugbetaald; alleen de jaarlijkse rentebetalingen zijn verschuldigd. Uitgaande van een rentepercentage van 1 procent zou een obligatielening van 1 biljoen euro per jaar 10 miljard euro kosten. Dit levert een verbazingwekkend lage kosten-batenverhouding op van 1:100. Bovendien zou de 1 biljoen euro onmiddellijk beschikbaar zijn op een moment dat het dringend nodig is. Dat zou vooral de zuidelijke landen ten goede kunnen komen.
De kopers van de obligatie moeten er zeker van kunnen zijn dat de EU over voldoende middelen (d.w.z. fiscale bevoegdheden) beschikt om de rente te betalen. Het zou slechts een formele aangelegenheid kunnen zijn, maar de Gierige Vijf staan in de weg. Ik neem dus afstand van het standpunt dat de uitgifte van eeuwigdurende obligaties in de nabije toekomst onmogelijk is.

‘Ik heb het idee niet opgegeven, maar ik denk dat er niet genoeg tijd is om te zorgen dat het geaccepteerd wordt. Laat me eerst uitleggen wat eeuwigdurende obligaties zo aantrekkelijk maakt en dan toelichten waarom het op dit moment een onpraktisch idee is. Zoals de naam al aangeeft, hoeft de hoofdsom van een eeuwigdurende obligatie nooit te worden terugbetaald; alleen de jaarlijkse rentebetalingen zijn verschuldigd. Uitgaande van een rentevoet van 1 procent – wat vrij royaal is in een tijd waarin Duitsland obligaties met een looptijd van dertig jaar tegen een negatieve rentevoet kan verkopen – zouden de betalingen voor een obligatie van 1 biljoen euro per jaar 10 miljard euro kosten. Dit geeft je een verbazingwekkend lage kosten-batenverhouding van 1:100. Bovendien zou deze 1 biljoen euro onmiddellijk beschikbaar zijn op een moment dat het dringend nodig is, terwijl de rente in de loop van de tijd betaald moet worden en hoe verder in de tijd, hoe lager de verdisconteerde contante waarde.

Wat staat de afgifte ervan in de weg? De kopers van de obligatie moeten er zeker van kunnen zijn dat de Europese Unie in staat zal zijn de rente te betalen. Dat vereist dat de EU over voldoende middelen beschikt (d.w.z. fiscale bevoegdheid) en de lidstaten staan dergelijke belastingen absoluut niet toe op dit moment. De Gierige Vier – Nederland, Oostenrijk, Denemarken, Zweden (het zijn er nu vijf omdat Finland zich bij hen heeft aangesloten) – staan in de weg. De belastingen zouden niet eens hoeven te worden opgelegd, het zou voldoende zijn om ze te autoriseren. Eenvoudig gezegd is dit wat het uitgeven van eeuwigdurende obligaties onmogelijk maakt.’


Kan bondskanselier Merkel, die vastbesloten is om het Duitse voorzitterschap tot een succes te maken, daar niet iets aan doen?

‘Ze doet haar best, maar ze heeft te maken met een diepgewortelde weerstand tegen het niet betalen van schulden. Het Duitse woord Schuld heeft een dubbele betekenis. Het kan duiden op een geldelijke schuld en op schuldgevoel. Degenen die een schuld hebben zijn schuldig. Dit erkent niet dat de schuldeisers ook schuldig kunnen zijn. Het is een culturele kwestie die heel, heel diep in Duitsland geworteld is. Het heeft een conflict veroorzaakt tussen het feit dat ze tegelijkertijd Duitser en Europeaan zijn. En het verklaart de recente beslissing van het Duitse Hooggerechtshof die in strijd is met het Europese Hof van Justitie.’

Wie zijn de externe vijanden van Europa?

‘Dat zijn er veel, maar ze hebben allemaal een gemeenschappelijk kenmerk: ze zijn tegen het idee van een open samenleving. Ik ben een enthousiast voorstander van de EU geworden omdat ik het een belichaming van de open samenleving op Europese schaal vond. Vroeger was Rusland de grootste vijand, maar onlangs heeft China Rusland ingehaald. Rusland domineerde China tot president Nixon, die een groot inzicht had in de internationale politiek en begreep dat door zich open te stellen voor China en China op te bouwen, het communisme ook in de Sovjet-Unie zou kunnen verzwakken. Ja, hij werd afgezet. Maar hij was eigenlijk, samen met Kissinger, een groot strategisch denker. Hun stappen leidden tot de grote hervormingen van Deng Xiaoping. Vandaag de dag liggen de zaken heel anders. China is een leider in kunstmatige intelligentie. Kunstmatige intelligentie produceert controle-instrumenten die nuttig zijn voor een gesloten samenleving en een dodelijk gevaar vor-men voor een open samenleving. Het draait de tafel voor gesloten samenlevingen. Het huidige China is een veel grotere bedreiging voor open samenlevingen dan Rusland. En in de VS is er een tweeledige consensus die China tot strategische rivaal heeft uitgeroepen.’


Terugkomend op het nieuwe coronavirus, is het nuttig of schadelijk voor open samenlevingen?

‘Zeker schadelijk, omdat de bewakingsinstrumenten die door kunstmatige intelligentie worden geproduceerd, zeer nuttig zijn om het virus onder controle te krijgen en dat maakt deze instrumenten zelfs in democratische landen acceptabeler.’

Wat heeft u zo succesvol gemaakt op de financiële markten?

‘Zoals ik al eerder zei, heb ik een conceptueel kader ontwikkeld dat mij een voordeel heeft opgeleverd. Het gaat niet om de markten, maar om de complexe relatie tussen denken en werkelijkheid, maar ik heb de markt als proeftuin gebruikt voor de validiteit van mijn theorie. Ik kan het samenvatten in twee eenvoudige stellingen. De ene is dat in situaties met denkende participanten de opvattingen van de deelnemers over de wereld altijd onvolledig en vervormd zijn. Dat is feilbaarheid. De andere is dat deze vertekende opvattingen de situatie waarop ze betrekking hebben kunnen beïnvloeden, omdat vertekende opvattingen tot ongepaste handelingen leiden. Dat is reflexiviteit. Deze theorie heeft me een duwtje in de rug gegeven, maar nu mijn Alchemie van de financiën praktisch verplicht leesmateriaal is voor professionele marktpartijen ben ik mijn voorsprong kwijt en ben ik niet langer een marktdeelnemer.

Zegt uw kader u dat u zich zorgen moet maken over de gepercipieerde ontkoppeling tussen marktwaarderingen en de zwakte van de economie? Zitten we in een zeepbel door de enorme liquiditeit die het Federale Reservesysteem (FED) ter beschikking stelt?

‘U slaat de spijker op de kop. De FED deed het veel beter dan president Trump, die er kritiek op had. Het overspoelde de markten met liquiditeit. De markt steunt nu op twee overwegingen. De ene is dat het in de nabije toekomst een nog grotere injectie van fiscale stimulans verwacht dan de CARES-wet van 1,8 biljoen dollar; de andere is dat Trump een vaccin zal aankondigen voor de verkiezingen.’


U heeft onlangs 220 miljoen dollar gedoneerd aan de strijd tegen de rassenongelijkheid van de zwarte gemeenschap. Hoe ziet u de Black Lives Matter beweging?

‘Het doet er echt toe, want dit is de eerste keer dat een grote meerderheid van de bevolking, naast de zwarte gemeenschap, erkent dat er een systemische discriminatie tegen donkere Amerikanen bestaat die terug te voeren is op de slavernij.’

In deze revolutie worden standbeelden neergehaald en wordt de politieke correctheid cruciaal.

‘Sommigen spreken van de cancel-cultuur. Ik denk dat het een tijdelijk fenomeen is. Ik denk dat het ook overdreven is. Ook de politieke correctheid op de universiteiten is veel te overdreven. Als voorstander van een open samenleving beschouw ik politieke correctheid als politiek incorrect. We mogen nooit vergeten dat een pluraliteit van meningen essentieel is voor de democratie.’

 

Velen zeggen dat na COVID-19 en de ervaring met werken op afstand de toekomst van steden en grootstedelijke gebieden gedoemd is.

‘Veel dingen zullen veranderen, maar het is nog te vroeg om te voorspellen hoe. Ik herinner me dat na de verwoesting van de Twin Towers in 2001 de mensen dachten dat ze nooit meer in New York zouden willen wonen en binnen een paar jaar waren ze dat vergeten.’

Als u een boodschap zou kunnen sturen naar de mensen in Europa, wat zou dat dan zijn?

‘S.O.S. Terwijl Europa geniet van haar gebruikelijke augustusvakantie, dreigt het bijbehorende reizen een nieuwe besmettingsgolf te veroorzaken. Als we op zoek gaan naar een parallel, schiet ons de Spaanse griepepidemie van 1918 te binnen. Er waren drie golven, waarvan de tweede de meest dodelijke was. Epidemiologie en de medische wetenschap hebben sindsdien grote stappen gezet en ik ben ervan overtuigd dat een herhaling van die situatie kan worden vermeden. Maar eerst moet de mogelijkheid van een tweede golf worden erkend en moeten er onmiddellijk maatregelen worden genomen om deze te voorkomen. Ik ben geen deskundige op het gebied van de epidemiologie, maar het is mij duidelijk dat mensen die gebruik maken van massavervoer gezichtsmaskers moeten dragen en andere voorzorgsmaatregelen moeten nemen.

‘Europa wordt geconfronteerd met een ander existentieel probleem: ze hebben niet genoeg geld om het hoofd te bieden aan de dubbele dreiging van het virus en de klimaatverandering. Achteraf gezien is het duidelijk dat de bijeenkomst van de Europese Raad een betreurenswaardige mislukking was. De weg die de Europese Unie is ingeslagen, zal te weinig geld opleveren. Dit brengt me terug bij het idee van de eeuwigdurende obligatie. Naar mijn mening moeten de Gierige Vier of Vijf dit erkennen en in plaats van in de weg te staan, moeten ze veranderen in enthousiaste voorstanders. Alleen door een echte conversie kunnen door de EU uitgegeven eeuwigdurende obligaties voor beleggers aanvaardbaar worden gemaakt. Anders overleeft de Europese Unie misschien niet. Dat zou een groot verlies zijn, niet alleen voor Europa maar voor de hele wereld. Dit is niet alleen mogelijk, maar kan ook daadwerkelijk gebeuren.’

Dit interview verscheen oorspronkelijk in het Italiaanse dagblad La Repubblica.© Mario Platero/La Repubblica


Een giftige cocktail

Tekst René Zwaap

Hoezeer de samenzweringstheorieën met George Soros in het middelpunt al gemeengoed zijn geworden bleek toen de website van Nos Nieuws op 21 oktober 2018 een profiel van hem plaatste onder de titel ‘George Soros: invloedrijke bemoeial met tentakels ver in de wereldpolitiek’. In het artikel werd verder gesproken van ‘de jood Soros’ en ook gegeven de verdere toonzetting van het artikel leek het er sterk op dat de Nederlandse publieke omroep inspiratie had opgedaan bij de Protocollen van de Wijzen van Zion, het beruchte frauduleuze geschrift over een Joods wereldcomplot waarmee eind 19e eeuw de pogroms in tsaristisch Rusland werden uitgelokt, de nazi’s hun vernietigingskampen rechtvaardigden en tegenwoordig de islamitische wereld wordt opgehitst tegen Joden in het algemeen en de staat Israël in het bijzonder. Na een storm van kritiek haalde Nos Nieuws-hoofdredacteur Marcel Gelauff het gewraakte stuk van de website, maar het signaal was al afgegeven. De riolen van het internet hadden aansluiting gevonden bij de Nederlandse staatsomroep.

De campagne tegen George Soros en zijn Open Society wordt steeds harder en steeds feller gevoerd. In zijn geboorteland Hongarije verklaarde premier Viktor Orbán, die in zijn jonge jaren nota bene een jaar in Oxford kon studeren dankzij een beurs van Soros,de oorlog aan de filantroop met een lastercampagne die zo door Joseph Goebbels had kunnen zijn bedacht. Het was reden voor Soros om het kantoor van de Open Society in Boedapest te sluiten vanwege het ‘steeds repressiever wordende politieke en juridische klimaat’. Ook Donald Trump vond in Soros een geschikte vijand. In Nederland zijn er vooral binnen de PVV en Forum voor de Democratie steeds meer variaties op het anti-Soros-evangelie te beluisteren, waarbij de filantroop een prominente positie wordt toegedicht in het extreemrechtse hersenspinsel dat er een georganiseerde ‘omvolking’ plaatsvindt in westerse landen.


Mabel van Oranje

George Soros wordt in Nederland vaak in één adem genoemd met Mabel Wisse Smit, tegenwoordig Mabel van Oranje geheten, sinds 2013 weduwe van prins Friso van Oranje-Nassau van Amsberg. Dat komt doordat Mabel voor haar huwelijk werkzaam was voor Soros’ Open Society Institute in Brussel, een stichtingennetwerk dat zich richt op aan het bevorderen van democratie, mensenrechten en de onafhankelijke rechtsstaat en het bestrijden van aids. Voor tal van complotdenkers is dit gegeven uiterst verdacht en je hoeft op Google maar ‘Soros’ en ‘Mabel’ in te tikken en een onwelriekende beerput van kwaadaardige verzinsels stijgt je tegemoet. Bijna onveranderlijk overheersen ook hier variaties op het idee van een Joods wereldcomplot, aangelengd met een snufje anti-koninklijke gezindheid. Het is een giftige cocktail waarmee het anti-monarchale gedachtengoed in Nederland helaas maar al te vaak is behept.
Het is daarom belangrijk dat we op deze plek het interview met George Soros kunnen plaatsen, wiens ideeën en inzichten van het grootste belang lijken voor een democratische en vrijheidslievende ontwikkeling van Europa. Zijn concrete voorstellen voor de uitgifte van ‘eeuwigdurende obligaties’ kunnen ook een uitweg bieden uit de doodlopende weg van de huidige coronacrisis, die snel cumuleert in een economische crisis, en verdienen ook in Nederland serieuze aandacht. Dat George Soros verstand heeft van de internationale geldmarkt hoeft hij niet meer te bewijzen.

Waarom de Europese Unie een federatie moet worden

Op 5 mei 2020 plaatste het Duitse Constitutionele Hof een bom onder het bouwwerk van de Europese instellingen. Het keurde het opkoopprogramma van staatsobligaties van de Europese Centrale Bank af. De impasse die daaruit volgt kan alleen met de vorming van een Europese federatie worden ondervangen, betoogt expert in internationale betrekkingen Gerard van der Zwan.

Tekst Gerard van der Zwan

Het Constitutioneel Hof in Duitsland, het Bundesverfassungsgericht, keerde zich tegen het ‘opkoopprogramma’ van staatsobligaties van de Europese Centrale Bank (ECB). De ECB voert dit beleid om te zorgen dat de inflatie in de EU niet te laag wordt. De kritiek van het Constitutionele Hof betreft niet zo zeer het ‘opkoopprogramma’ zelf, maar het feit dat de ECB niet goed motiveert waarom dit programma noodzakelijk is. Daarbij beroept het Bundesverfassungsgericht zich op artikel 5 van het Verdrag betreffende de Europese Unie. Daarin wordt gesproken over het ‘evenredigheidsbeginsel’. Europese instellingen, zoals de ECB, mogen niet meer activiteiten ontplooien dan noodzakelijk is voor het bereiken van hun doelstellingen. Er moet dus een zekere ‘proportionaliteit’ bestaan tussen een beleidsdoelstelling en de middelen die daarvoor worden ingezet. In gewone mensentaal: het is niet toegestaan om met een kanon op een mug te schieten.

Achtergrond is dat het inflatiebeleid van de ECB nogal wat negatieve bijeffecten heeft, bijvoorbeeld een lage rente, een negatieve invloed op pensioenen en het snel stijgen van de prijzen van onroerend goed. Om die reden bepaalde het Duitse Constitutioneel Hof op 5 mei dat de ECB binnen drie maanden tekst en uitleg moet geven over de noodzaak van het ‘opkoopprogramma’. Zo niet, dan moet de Duitse Centrale Bank, de Bundesbank, zich terugtrekken uit het ‘opkoopprogramma’.

Zijdelings deelde het Constitutionele Hof een oorveeg uit aan het Europese Hof in Luxemburg, dat als hoogste rechtbank oordeelt over geschillen over de uitleg van de Europese verdragen. Bij dat Europese Hof was eerder een klacht binnengekomen over misbruik van bevoegdheden door de ECB. Het Europese Hof wees deze klacht in 2018 zonder meer af en keurde daarmee het ‘opkoopbeleid‘ van de ECB goed. Het Europese Hof aanvaardde klakkeloos het standpunt van de ECB en ging niet over tot rechterlijke toetsing. Het Constitutionele Hof oordeelde dat het Europese Hof hiermee een ‘onbegrijpelijke’ uitspraak had gedaan. Het Europese Hof reageerde met een wat zuinige verklaring dat het nooit commentaar geeft op uitspraken van nationale rechterlijke instanties.

Weeffouten in EuropeesVerdrag

De tegenstanders van de EU waren blij, omdat ze de uitspraak van het Constitutionele Hof zagen als kritiek op de EU. Dat was het applaus van de verkeerde zijde, omdat ze vermoedelijk ook de uitspraak niet goed begrepen. Het juiste applaus kwam van degenen die al veel langer willen dat de weeffouten in de Europese verdragen worden hersteld en de EU nu eindelijk stappen zet in de richting van de Federatie die het samenwerkingsverband al decennia had moeten zijn.

Met het in werking treden van het Verdrag betreffende de Europese Unie werd per 1 juni 1998 het Europees Stelsel van Centrale Banken (ESCB) in het leven geroepen. Dit stelsel bestond uit de nieuw opgerichte Europese Centrale Bank (ECB) en de nationale centrale banken van de lidstaten van de EU, onder wie bijvoorbeeld de Nederlandsche Bank (DNB). Het betrof dus een stelsel waarin de ECB en de centrale banken van de lidstaten samenwerken. Het was dus niet de bedoeling dat er één hoofkantoor in Frankfurt zou komen (de ECB) met daarbij allerlei ondergeschikte filialen in de lidstaten. Nee, de nationale banken in de lidstaten bleven hun eigen verantwoordelijkheid houden, zij het dat zij een aantal taken niet langer verrichten omdat die bevoegdheden waren overgegaan naar de ECB. Daarmee vallen deze banken nog steeds niet onder de ECB maar vooral onder het nationaal recht van hun lidstaat.

Sinds de oprichting heeft de gewone burger echter weinig meer van het Stelsel gehoord maar des te meer van de ECB. Daarmee ging die ECB steeds meer een eigen koers varen. Een koers die op de nodige kritiek kon rekenen. Ook binnen de ECB zelf. De Raad van Bestuur was bepaald niet unaniem in de beslissing om het ‘opkoopprogramma’ te gaan uitvoeren. Belangrijke landen als Duitsland en Nederland waren er op goede gronden tegen. Inmiddels loopt het programma vijf jaar en is er in totaal voor een gigantisch bedrag van 2.200 miljard euro aan obligaties opgekocht. Nu In mei voegde zich bij de criticasters ook het Duitse Constitutionele Hof, omdat de Duitse centrale bank verplicht werd mee te doen aan dit ‘opkoopprogramma’ (door de ECB) terwijl de Duitse wet het de Bundesbank in feite verbiedt aan een dergelijk ‘opkoopprogramma’ mee te werken.

Hyperinflatie

Met de kritiek van het Constitutionele Hof komt een fundamentele vraag aan de orde. De ECB is een onafhankelijke Europees instelling, maar wat nu wanneer zo’n instelling zich niet aan het mandaat houdt? Wie corrigeert dan het ontspoorde beleid van de ECB? Hier wreekt zich een tweetal zaken. Een eerste ‘weeffout’ is de onafhankelijkheid van de ECB zelf. Er is geen instelling die de beslissingen van de ECB mag beoordelen en zo nodig kan corrigeren. Dat de ECB onafhankelijk is vloeit voort uit het verleden. Met name Duitsland heeft een eeuw terug, ten tijde van de Weimar-republiek, een gigantische inflatie gekend. Om haar begrotingstekorten te dekken liet de regering de geldpersen van de centrale bank draaien, met als gevolg een gigantische hyperinflatie. Voor Duitsland is deze ervaring, die het land opzadelde met het naziregime, dermate traumatisch dat het in de onderhandelingen voor het EU-verdrag eiste dat het ECB onafhankelijk werd.

De niet gecontroleerde onafhankelijkheid van de ECB leidt er toe dat de beambten die bij de ECB werken hun gang kunnen gaan zonder dat iemand hen voor verkeerd beleid kan behoeden of corrigeren. Het zijn immers geen politici die verantwoording dragen voor het monetaire beleid van de EU en bij verkiezingen op (wan-)beleid kunnen worden afgerekend. Nee, het zijn beambten, die nooit verantwoording hoeven af te leggen.

Een tweede ‘weeffout’ is dat de EU moeilijk is in te delen in organisatievormen die gangbaar zijn en passen bij de veelheid van onderwerpen waarmee de EU is belast. De EU is geen bondsstaat, die boven de deelnemende lidstaten is gesteld. Nee, het is eigenlijk niets anders dan een supranationale organisatie, met alle voor- maar ook alle nadelen van dien. Supranationale organisaties krijgen bevoegdheden overgedragen van de deelnemende landen, maar die bevoegdheden zijn per definitie beperkt. Er zijn namelijk ook bevoegdheden die niet zijn overgedragen. En die laatste zijn in het geval van de ECB het twistpunt. Wanneer de ECB zich op een terrein beweegt waar ze niet bevoegd is, wie corrigeert dan de Bank? Het Hof in Luxemburg? Nee, dat is een EU-instituut, die dat andere EU-instituut de hand boven het hoofd houdt. De befaamde slager die het vlees van zijn collega in dezelfde winkel keurt. Daarmee is er dus geen instantie die de ECB voor ontsporingen kan behoeden. Een gevaarlijke lacune in de regelgeving.

Scheiding der machten

Maar er is nog een andere weeffout. De landen van de EU kennen allen (min of meer) een scheiding der machten. Dat betekent dat bijvoorbeeld de onafhankelijke rechter uitspraken doet op basis van de geldende wet. Wanneer een regering of een parlement het niet eens is met uitspraken van rechters dan kunnen in een nette democratie dergelijke uitspraken niet worden overruled. Maar wat de wetgever wel kan is de wet wijzigen. Die wijziging vindt plaats onder parlementaire controle, zo werkt de democratie. In het verleden oordeelde de regering en het parlement in Nederland dat bestraffingen door rechters wel erg licht waren. Het resultaat was dat er via wetgeving minimum-straffen werden geïntroduceerd.

Binnen de EU kan dit niet. Het buiten de toegekende bevoegdheid treden van de ECB kan eigenlijk niet worden gecorrigeerd door gekozen politici. En daarmee is er een groot democratisch tekort in de EU. De beambten van de ECB treden hun bevoegdheden op grond van het verdrag te buiten. Wat kunnen de lidstaten doen? Ze kunnen het Verdrag wijzigen, maar dat is een theoretische mogelijkheid. Het zou in het onderhavige geval betekenen dat de onafhankelijkheid van de ECB gereguleerd zou moeten worden via een Verdragswijziging, die de instemming van 27 lidstaten behoeft. Een aantal van die lidstaten moet die Verdragswijziging ook nog eens onderwerpen aan een referendum waarmee de bevolking het goed moet keuren. Kortom, het is een theoretische mogelijkheid dat het misbruik van bevoegdheden door de ECB op een dergelijke wijze kan worden gecorrigeerd. Gezien deze onmogelijkheid blijft er in de EU een democratisch tekort bestaan, waarbij beambten zich bevoegdheden toeëigenen, die ze niet hebben en er geen correctie plaats kan vinden.

Paniek

Dat er na de uitspraak van het Duitse Constitutionele Hof geen oplossing voor handen was, bleek wel uit de paniek die volgde op de uitspraak. Het Europese Hof vindt dat het Constitutionele Hof niet over deze zaken gaat en zich er dus ook niet mee mocht bemoeien. De Duitse regering stelde zich terecht op het standpunt dat dit land niet verantwoordelijk is voor een uitspraak van een onafhankelijke rechtbank. Heel bont echter maakte het de Europese Commissie. De voorzitter van de ‘hoedster van de verdragen’ dreigde met een ‘ingebrekestelling’, wat jargon is voor het dreigen met een rechtszaak tegen Duitsland bij het Europese Hof. Hetzelfde Hof dat door het Duitse Constitutionele Hof nu juist was gekapitteld. De uitspraak zou niet spannend zijn. Gelukkig hebben we van dat voornemen van de Europese Commissie niets meer gehoord.

De afgelopen maanden is er, achter de schermen, onmiskenbaar veel overleg gevoerd tussen de verschillende betrokken instituties om uit de impasse te geraken. Uiteindelijk heeft dit overleg erin geresulteerd dat de verschillende partijen reageerden op de uitspraak van het Constitutionele Hof. De ECB is in de notulen van de zitting van de Raad van Bestuur uitgebreid ingegaan op de ‘evenredigheid’ van het opkoopprogramma. Opvallend punt is wel dat het Duitse Constitutionele Hof in die notulen niet wordt genoemd. Reden is uiteraard dat de ECB het niet wil doen voorkomen dat het zich laat kapittelen door een uitspraak van een rechtscollege uit één van de lidstaten. Wat natuurlijk wel kinderachtig genoemd kan worden, zeker gezien het feit dat het hier niet zo maar een rechtbank is, maar één van de hoogste Duitse rechtscolleges. Tevens, zo besloot de ECB, kreeg de Bundesbank toestemming vertrouwelijke documenten over het ‘opkoopprogramma’ te delen met de Duitse regering en het parlement. Een ruime meerderheid van de Duitse Bondsdag verklaarde vervolgens in een motie dat de ECB aan de eis van het Duitse Constitutionele Hof heeft voldaan, door het gevoerde opkoopbeleid beter uit te leggen.

Is de gekozen oplossing echt een oplossing of betreft het hier toch niet meer dan het plakken van wat ‘pleisters’? De onderliggende problematiek is op geen enkele wijze opgelost; namelijk de vraag wie de competenties bewaakt en wie wat doet wanneer die worden overschreden. De toekomst zal laten zien dat de huidige oplossing geen echte oplossing is. De ECB zal zich vermoedelijk wat meer realiseren dat ‘onafhankelijkheid’ niet een van god verkregen recht is en dat dit gekoesterd en waargemaakt moet worden. Wellicht daalt de Raad van Bestuur af uit de ivoren toren aan de Sonnemannstrasse 20 in Frankfurt am Main. Het Europese Hof zal de wonden likken en zich moeten beraden op de eigen positie die met de uitspraak van het Constitutionele Hof ongeloofwaardig dreigt te worden. De Europese Commissie zal er het stilzwijgen toe doen. De enige echte overwinnaar is het Constitutionele Hof, maar die zal zich in deze zaak niet meer laten horen: het heeft immers gewonnen.

Betekent dat dat er in de toekomst niet meer zaken zullen volgen? Nee, zeker niet. Juist omdat er niets fundamenteels is opgelost zal zich in de toekomst zeker weer zo’n situatie voordoen. Het Constitutionele Hof heeft in het verleden vaak van zich doen spreken. Wanneer nieuwe klachten (over de ECB) bij het Duitse Hof binnenkomen, die ook door particulieren kunnen worden ingediend, zal het deze in behandeling moeten nemen. Kortom, de situatie die zich de afgelopen maanden heeft voorgedaan zal zich in de toekomst zeker herhalen.

Decentraliseren met federatie

De oplossing van een dergelijk conflict kan zijn het omvormen van de EU van supranationale organisatie tot een Europese Federatie. Nu werkt het woord ‘federatie’ bij veel mensen als een rode lap op een stier, omdat daarmee een centraal gezag wordt gecreëerd. Wat echter vergeten wordt is dat een federatie juist ook mogelijkheden biedt om heel veel bevoegdheden te decentraliseren. Zo is de Bondsrepubliek Duitsland opgezet als een federatieve staat. Dat was juist om te voorkomen dat het een centralistische staat zou worden waarin zich de ramp van het nazi-regime zou kunnen herhalen. Veel beleid in Duitsland is geen competentie van de centrale overheid, maar van de verschillende bondslanden, zoals onderwijs, natuurbescherming, gezondheidszorg, culturele zaken, media en waterhuishouding. De competenties die bij de deelstaten behoren gaan ook veel verder dan de bevoegdheden van de provincies in Nederland. In die zin is Nederland een veel gecentraliseerder land dan Duitsland.

De overgang van de huidige supranationale EU naar een federale EU is in een paar stappen gezet. Het Europees Parlement zou zich kunnen omvormen tot een echt parlement, met directe lijsten zodat een Nederlander ook een Fin kan kiezen of zelfs een Italiaan. De Europese Commissie zou een regering kunnen worden die dient te berusten op een meerderheid in het Europees Parlement. De Europese Raad zou een Senaat kunnen worden, waarin de regeringsleiders, of hun ministers, zitting hebben, afhankelijk van welk onderwerp in de Senaat wordt besproken. Bovenal is een goede verdeling van bevoegdheden tussen de federatie en de deelnemende lidstaten noodzakelijk. Wanneer de EU zou veranderen in een federatie zou worden voorkomen dat opnieuw competentie-problemen ontstaan. Immers is er dan een duidelijk mechanisme dat voorkomt dat de verschillende instituten van de EU en de lidstaten vechtend over straat rollen.

Gerard van der Zwan was werkzaam in de internationale verhoudingen en is lid van het Comité van Aanbeveling van de Partij voor de Republiek i.o.

Het bouwwerk van de EU moet nu echt af, en snel ook

Het bouwwerk van de EU moet nu echt af, en snel ook, aldus Ricus van der Kwast in een essay waarin hij de euroscepsis van Thierry Baudet en Derk-Jan Eppink fileert als een economische zelfmoordstrategie.

Tekst: Ricus van der Kwast

Twee, hooguit drie uur met de auto en ik ben in Amsterdam, Parijs of Düsseldorf. Binnen een straal van amper honderd kilometer van mijn huis vind ik grond waarop de landstaal Nederlands, Frans, Duits of Letzeburgs is, Vlaams en Waals nog daargelaten. Ik woon midden in Europa, houd ik me dan voor. En zo houd ik, stadsmens, het weer even uit in dat diep verdoken gehucht waar ik al veel te lang woon.

Nu al de helft van mijn werkende leven heb ik mijn kantoor in meer dan één land tegelijk. Een echte Europeaan, werd me toegevoegd als ik iets over mezelf vertelde. Ik kon daar weinig mee. Ik hield van de schoonheid en het spel in Italië, van de stille slimheid in België, van de Hollandse daadkracht, en die lijst kon ik nog een stuk langer maken. Maar het waren altijd de verschillen die me fascineerden, de overeenkomsten zag ik niet. Het echte Europa, wat was dat?

Hoe vaak ik Kaas van Willem Elsschot ook herlees, er zitten scènes in die me steeds weer doen knikken en grinniken. Er is het moment waarop Frans Laarmans zich moet haasten om zijn twintig ton Edammer kazen in ontvangst te nemen en er een veilig heenkomen voor moet zoeken. Enkele pagina’s verderop weet Laarmans met één klap op tafel de importtarieven op Hollandse kaas te halveren. Kaas is in 1933 geschreven en is voor mij, klein ondernemer als Laarmans en nauwelijks succesvoller, heel herkenbaar. Inklaren, wachtgeld, opslag, importtarieven, de hele papierwinkel, ik kan er van meepraten. Behalve dat je voor Nederland nu Thailand, China of Saoedi-Arabië moet lezen.

Kanarie in de kolenmijn
Een ondernemer is als een kanarie in de kolenmijn. Lang voordat anderen daar lucht van krijgen, voelt hij de politieke, sociale en economische veranderingen die op til zijn. Ondernemers zijn mensen die de grenzen opzoeken, ook letterlijk, zoals de Nederlandse boeren die na de val van het communisme massaal hun heil in Polen zochten. Ondernemers bouwen iets op, vaak uit het niets, en gaan daarbij risico’s aan. Voordat je het weet blijf je met die kazen in je kelder zitten.

Vrij verkeer van personen binnen de Europese Unie was een uitkomst voor zo iemand als ik. Het betekende niet alleen paspoortloos reizen, maar ook dat je je kon vestigen waar je wilde binnen de EU. En vrij verkeer van goederen betekende dat importtarieven en douanecontroles tot het verleden behoorden. Bovendien was het afgelopen met per land verschillende verpakkingseisen, accreditaties, conformiteitsverklaringen. Wie de toelating voor zijn product in één EU-land had, kon voortaan overal binnen de EU aan de slag.

De grootste winst kwam van de invoering van de euro in 2002. Onkostendeclaraties waren niet langer tijdvretende speurtochten naar wisselkoersen, maar rechttoe rechtaan invuloefeningen. Zes portemonnees, ieder voordien met zijn eigen muntsoort, konden bij mij zo de prullenbak in. Voorbij was de tijd van verdampende valuta’s bij elke grensoverschrijdende geldtransactie.

Tegelijk bekropen de eerste twijfels me. Terwijl landen die de founding fathers van de EU waren elkaar nog voorzichtig besnuffelden en probeerden hun administraties en procedures op elkaar af te stemmen, kwamen er in korte tijd twaalf nieuwe lidstaten bij. Hoe meer EU er kwam, des te verder weg leek de Europese gedachte. Nationale overheden, hun ambtenaren, wantrouwden die nieuwe klasse van forensen waartoe ik mijzelf mocht rekenen. Ik zag het, maar hield mijn mond.

Wie als Belg in Nederland woonde, deed dat voor de belastingen. Wie als Nederlander in België woonde, deed dat voor de belastingen. Wie in Luxemburg woonde was sowieso verdacht. Haperende harmonisatie tussen langjarige bondgenoten, buurlanden aan de ene kant, integratie van Polen en Roemenen aan de andere kant: ging het nou te snel of juist te langzaam met die EU?

De bankencrisis van 2008, uitmondend in een economische crisis, hielp niet echt. De geglobaliseerde economie werd verantwoordelijk gehouden; internationale handel moest het ontgelden. Als in het voorjaar van 2010 Griekenland van een bankroet gered moet worden, is voor menigeen de maat vol. Nu moest eindelijk maar eens het nationale belang voorop staan. Een echte Europeaan, dat klonk steeds meer als een verwensing, zoals internationalist of kosmopoliet. De tijd leek nu eerder rijp voor gordijnen, muren en Polen-meldpunten.

Weinig opgeschoten
De migrantenstroom in 2015 deed de rest. Werken over de grens werd voortaan geassocieerd met belastingontduikers, uitkeringsfraudeurs en potentiële terroristen. Zo weinig zijn we vandaag opgeschoten. Het bouwwerk Europa brokkelt al af voordat het overeind staat. Eenwording is niet aan de orde, maar ook afstemming tussen de landen is ver te zoeken. Die kantoren in verschillende landen zijn nodig voor me, maar tegelijk een blok aan mijn been.

Wie in meer dan één land werkt, wordt eerst maar eens overal vol belast en nergens verzekerd, tegen alle EU-regels in. Loonkosten in Europa variëren van 5 €/uur in Bulgarije tot 43 €/uur in Denemarken. Nettosalarissen in buurlanden Nederland en België ontlopen elkaar niet veel. Maar een nettojaarsalaris van 30.000 € all-in kost een Nederlandse werkgever 51.000 € en een Belgische 59.000 €, een verschil van 16%.

Intussen kan de EU politiek geen vuist maken. De Europese economieën verliezen terrein. In 2030 hoort hooguit Duitsland nog bij de tien grootste ter wereld. Van de vijf meest waardevolle firma’s in Europa zijn er drie Zwitsers (Nestlé, Novartis en Roche). Van de twintig grootste technologiebedrijven ter wereld komt er welgeteld één uit Europa (SAP).

Europa glijdt af. Is dit niet het moment waarop we moeten toegeven dat de EU mislukt is? Dat we het project-EU maar beter kunnen afblazen, een kruis erover, een strik eromheen en archiveren voor het nageslacht? Is dit niet het moment waarop ik als euroscepticus uit de kast moet komen?

Nee. Het echte Europa, daar blijf ik mee worstelen. Maar tegen de EU zeg ik volmondig ja, hoe vaak ik ook op haar tekortkomingen gebotst ben. Dat leek een tegenspraak. Er was een praatprogramma van Eva Jinek voor nodig om dat scherp te krijgen. Op 11 april maakten Thierry Baudet, voorman van het Forum voor Democratie, en Derk-Jan Eppink, lijsttrekker voor de Europese verkiezingen van dezelfde partij, er hun opwachting. Het werd een wat tamme vertoning; de heren werden niet echt uitgedaagd. Maar toen Baudet de Europese visie van zijn partij samenvatte, veerde ik op. We zijn voor Europa, maar tegen de EU, klonk het. Helder geformuleerd, en complete kolder.

Hoe kun je nou voor Europa zijn? Europa is een geografische toevalligheid. Hoeveel van die 140 miljoen Russen bij Europa gerekend moeten worden, weten we niet precies. Een deel van Istanboel hoort er bij, Carthago, ooit centraler in het Romeinse Rijk dan pakweg Milaan, dan weer niet. Voor Europa: je kunt net zo goed voor de zon of de maan zijn, en tegen zwarte gaten.

En hoe kun je tegen de EU zijn? Alle frustratie komt juist omdat de EU nog niet af is, vertraagd door de inertie en botweg tegenwerking van de lidstaten. Je kunt eindeloos debatteren over de EU, nostalgisch zwijmelen over vergane glorie en referenda houden, maar aan het eind van de rit zijn er geen levensvatbare alternatieven. Dus voor de EU: ze is onontkoombaar, of we het nou leuk vinden of niet.

Losgeslagen van de werkelijkheid
Niet dat je de EU haar gang kunt laten gaan en dat alles op zijn pootjes terecht komt. De Europese Unie is een loodzwaar bureaucratisch complex geworden, waar verspilling regeert, waar parlementariërs te hoge salarissen en onkostenvergoedingen als schadeloosstelling zien. Maar ze is vooral losgeslagen van de werkelijkheid. Geen zinnig praktijkmens zou bijvoorbeeld Griekenland in zijn staatsschuldencrisis zo de duimschroeven hebben aangedraaid. Je bent dolblij als je van een nagenoeg failliete club de helft van je vorderingen terugkrijgt. Over interesten maal je al helemaal niet.

De EU heeft met haar rigide opstelling Griekenland in de armen van China gedreven

De EU heeft met haar rigide opstelling Griekenland in de armen van China gedreven, dat maar al te graag de portemonnee trok. De haven van Piraeus, de snelst groeiende haven van Europa, is vandaag in Chinese handen. De EU heeft haar eigen positie ondergraven.

Het profiel van de hedendaagse politicus past niet meer bij de eisen van een steeds meer verbonden wereld. Een onevenredig groot deel van de politici is jurist. En juristen trekken juristen aan als collega’s en opvolgers. Rechten is zo ongeveer het nationale vak bij uitstek. Maar ook andere politici lijken zich niet echt van de internationale dimensie van hun baan bewust te zijn. Het was al omineus dat Helmut Kohl en François Mitterrand, aartsvaders van de EU zoals we die vandaag kennen, allebei monoglot waren.

Profvoetballers, magazijnbeheerders van logistieke firma’s en eigenlijk een flink deel van de beroepsbevolking hebben vandaag meer buitenland in hun baan dan een politicus. Maar die politicus wil zich in het Europees Parlement laten verkiezen. Dat wringt.

Die kloof tussen politici en hun achterban wordt natuurlijk erkend. Er is een nieuwe kaste politici die daar vol op inspeelt. Eurosceptici, vrijwel zonder uitzondering. Ze financieren hun activiteiten met EU-gelden. Het Rassemblement National van Marine Le Pen deinst er niet voor terug spookbanen in het leven te roepen om zo nog wat meer fondsen van de EU los te peuteren en knoopt verder de eindjes aan elkaar met bijdragen uit Rusland. De nauwe banden van Alternative für Deutschland, Vlaams Belang, de Oostenrijkse FPÖ, de Italiaanse Lega Nord met Poetin’s Rusland baren zorgen. Ook de goedwillende euroscepticus moet beseffen dat hij kwetsbaar is voor manipulaties die geen enkel ander doel dienen dan Europa uit elkaar te trekken.

Frisse nieuwkomers vind je hier weinig, wel politici die een gat in de markt zagen en die nog verder van de realiteit los zijn dan de conventionele politici. Derk-Jan Eppink vindt bijvoorbeeld dat de Britse economie het uitstekend doet, beter dan die van de eurozone. Elders ziet hij als één van de zegeningen van Brexit een wonderbaarlijke vermindering van regelgeving en papierwinkel. Het zal lang geleden zijn dat Eppink nog met iemand uit het bedrijfsleven gesproken heeft. Als ik vandaag een doos met een blik verf naar Oostenrijk of Frankrijk stuur, kost me dat 100 euro. Stuur ik diezelfde doos naar Zwitserland, dan betaal ik 250 euro. Die extra 150 euro gaan op aan alle papieren formaliteiten die nodig zijn omdat Zwitserland geen EU-lid is, en dat ondanks de prima afspraken die we hebben binnen de Europese Economische Ruimte.

Eppink laat zich er op voorstaan dat hij insider is in de EU, op grond van zijn ervaringen in de Europese commissie en later als Europees parlementslid. Een insider in een ivoren toren, dat lijkt me de beste beschrijving van een buitenstaander. Politici als wereldvreemde buitenstaanders, die de voortgang van het project-EU bepalen of beperken, dat verklaart veel van wat er vandaag aan schort.

Chinese schuldenval
De tijd van de Europese naïviteit is voorbij, horen we dan ineens. De directe aanleiding vormt China, dat zijn zijderoute in steeds meer landen uitrolt. Met het Belt and Road Initiative (BRI) probeert het inmiddels in meer dan zestig landen zijn grip te vergroten op infrastructuur en strategische sectoren. Tegelijk probeert het zijn model van autoritaire, staatsgeleide economie te exporteren, als alternatief voor de westerse liberale democratie.

China gaat het liefst in zee met individuele landen. Het zijn geen overeenkomsten op basis van gelijkwaardigheid, ze dienen om China’s invloed te vergroten. Voor de benodigde investeringen verschaft China kredieten aan die landen. Zo creëert het de ‘debt trap’: een groeiend aantal landen, vooral in Afrika, komt in die wurggreep terecht. In de zogenaamde 16+1-groep heeft China met elf Oost- en Middeneuropese EU-lidstaten en vijf Balkanlanden akkoorden afgesloten. Eendere afspraken hebben Griekenland, Portugal en recentelijk Italië met China gemaakt, ieder afzonderlijk.

Naïef, dat zijn we zeker, de eurosceptici voorop

Naïef, dat zijn we zeker, de eurosceptici voorop, met hun dromen van lieflijke natiestaatjes die allemaal onafhankelijk bloeien. Daarvoor heb je al de geschiedenis van een Zwitserland nodig én moet je iets bijzonders bieden, horloges, banken, geneesmiddelen, dat soort dingen. Met de haven van Rotterdam red je het niet.

Als Donald Trump medio 2017 de VS terugtrekt uit het klimaatakkoord van Parijs, zijn we woedend en verslagen. Maar er heerst ook optimisme binnen de EU. Kranten koppen dat we nu zij aan zij met China gaan optrekken op weg naar nieuwe internationale samenwerkingsverbanden, misschien een nieuwe wereldorde. De kanarie in de kolenmijn, de ondernemer die in China actief is, weet dan al minstens vijftien jaar dat zoiets niet kan werken. Hij weet dat een win-winsituatie een uitgekauwd westers begrip is dat geen Chinees equivalent heeft. Je wordt afgeknepen, je sluit compromissen met je geweten, al is het alleen maar omdat je elke verwijzing naar een sympathiek land als Taiwan moet vermijden, en uiteindelijk verlies je, onherroepelijk. Maar de ondernemer heeft zich niet laten horen. De zangvogel is zijn stem kwijt.

Met buitenstaanders aan het roer en experts die geen kik geven of niet gehoord worden zijn we in de aap gelogeerd.

Wakker geschrokken

‘Then Europe’s long-restrained instinct for self-preservation kicked in.’ Columnist Charlemagne zei het prachtig in de Economist toen hij de stemmingswisseling in Europa beschreef. De Europeaan, oud, moe en mild geworden, dacht niet meer in machtsstructuren, hij had geen leger meer nodig. Hij was vol vertrouwen. Maar hij is wakker geschrokken.

Europa glijdt af, het klopt, het zal achterop raken in de vaart der volkeren. Maar hoe erg is dat precies? De Gouden Eeuw ligt alweer een tijdje achter ons en toch boert Nederland nog best aardig. Dat neemt niet weg dat we zo lang mogelijk moeten zien aan te haken bij het koppeloton en waar we een voorsprong hebben die moeten zien te behouden.

Internationalisering of globalisering is geen uitvinding geweest van neoliberalen of van welke andere economische stroming dan ook, het is een gevolg van technologische vooruitgang. In die wereld is het zaak dat we ons bewust bewust worden van machtsfactor nummer 1: inwoners. Continenten groeien qua welvaartsniveau meer en meer naar elkaar toe. Het aantal inwoners van een land of groep landen bepaalt dan steeds meer de omvang van zijn markt, en daarmee zijn belang in de wereld.

De Europese Unie heeft 513 miljoen inwoners en is nu nog het grootste economische blok ter wereld. In 2050 zal Europa het enige continent ter wereld zijn waarvan de bevolking gekrompen is. De grootste stijger is Afrika: in 2050 zullen er 1,3 miljard Afrikanen bij gekomen zijn. China heeft dat snel begrepen. Maar het is niet de enige. China, India, Turkije, Rusland: sinds 2006 hebben ze allemaal hun handel met Afrika meer dan verdrievoudigd. In diezelfde periode steeg het handelsverkeer tussen de EU en Afrika met een magere 41%. De EU heeft deze boot grotendeels gemist.

Er is nog een tweede kans, maar die wordt nooit als zodanig herkend. Immigratie uit Afrika wordt louter als probleem, als crisis behandeld. Eigenaardig daarbij is dat juist de landen die het hardst leeglopen (Oost-Europa, Italië), het felst gekant lijken tegen immigratie. Natuurlijk: immigratie moet legaal zijn en strikt gecontroleerd verlopen. Maar ook in ons belang moeten we niet beknibbelen op die quota, maar ze eerder flink optrekken. Het zou wel eens de beste kans kunnen zijn om ook in 2050 nog een aantrekkelijk en welvarend werelddeel te zijn.

Meer richtlijnen
De tweede remedie voor de EU lijkt op het oog ook wat controversieel: meer richtlijnen. Ik bedoel dan niet de kleine regels, zoals die – overigens bij elkaar gefantaseerde – richtlijn die de kromtegraad van bananen vastlegt. Nee, ik bedoel de wetgeving op grote gebieden. De EU heeft op dit punt flink het voortouw genomen. Ik denk aan de boetes die Google opgelegd werden vanwege misbruik van zijn marktpositie, aan de General Data Protection Regulation (GDPR) die de privacy van consumenten waarborgt, en aan de digitale regels die het auteursrecht beschermen. In mijn eigen branche is er REACH (Registration, Evaluation, Authorisation and Restriction of Chemicals), de meest complexe wetgeving in de EU, een wetgeving die alle chemische stoffen die in de EU gebruikt worden betreft.

Het zijn bureaucratische gedrochten die voor alle mogelijke verbeteringen vatbaar zijn – geloof me, ik heb wat gefoeterd op REACH. Maar het initiatief is briljant. Zonder handelsoorlogen te riskeren pas je een subtiele vorm van protectionisme toe. Je dwingt iedereen die actief wil zijn op jouw markt strengere eisen te respecteren, hogere standaards na te streven. Het stimuleert innovatie in technologieondernemingen, versnelt de intrede van een nieuwe, respectvollere generatie social media. Het zet mensen aan om ideeën, producten en processen te ontwikkelen met een betere uitwerking op klimaat, gezondheid en milieu. Middelen voor onderzoek en ontwikkelingen zijn er genoeg. 95% van het geld dat de EU jaarlijks ter beschikking stelt aan regionale ontwikkelingsfondsen wordt niet opgehaald.

Als EU neem je zo het heft in handen. Die markt van 513 miljoen mensen is immers te groot voor anderen om te negeren. Maar kunnen wij al die ambities realiseren met de EU in haar huidige gedaante, met haar huidige structuur?

Halfslachtige schaduwstructuur
Nauwelijks. Allereerst zal de Europese Raad zichzelf zo snel mogelijk moeten opheffen als hij niet langer de geloofwaardigheid van het Europees Parlement wil tarten. Die halfslachtige schaduwstructuur vergroot zo onwillekeurig nog het aantal inbreukprocedures tegen lidstaten en rechtszaken die bij het Europese Hof van Justitie worden aangespannen.

Natuurlijk kunnen de Europese Commissie en het Europees Parlement kleiner, slanker, goedkoper, en daar moet werk van gemaakt worden. Maar bovenal hebben we andere politici nodig, geen gerecyclede Derk-Jan Eppink, maar een praktischere soort. Dit is geen oproep om het parlement dan maar te bevolken met self-made miljonairs en technocraten. Het is wel een oproep om politici te vormen, meertalig het liefst, met heuse internationale ervaring, niet opgedaan in een of andere denktank of op het advieskantoor van een Brusselse lobbyist, maar in het veld, waar je de waarde van geld en de risico’s van je handelen leert inschatten.

Europa, althans een deel daarvan, is wakker geschrokken en heeft een ontluisterende ontdekking gedaan: het draait om macht en knikkers, nog steeds. Het machtsblok-EU, met een half miljard mensen en meer, dat vol inzet op zijn economische politiek, dat moet onze hoogste prioriteit zijn. Alle andere kopzorgen die de EU-burger heeft komen zo vanzelf aan bod, ze zijn er de afgeleide van:

Sociale zekerheid vaart wel bij een florerende economie en kan, zoals Geert Van Istendael in een recent essay in het tijdschrift Rekto:Verso stelde, een jaloersmakend exportproduct zijn.
Klimaat, milieu en gezondheid zijn drijfveren voor onderzoek en essentiële pijlers voor een succesvol economisch beleid.

Immigratie, gecontroleerd, maar continu en stijgend, zorgt ervoor dat we in de tweede helft van deze eeuw geen wegkwijnend bejaardenhuis zijn.
Om je nationale identiteit veilig te stellen heb je een sterke EU nodig. Dat is de beste garantie dat je in de loop van deze eeuw niet kopje onder gaat en dat je natiestaat niet verwordt tot een leeggeplukte toeristische attractie.

Maar we komen alleen van die kopzorgen af als aan de beginvoorwaarde, een krachtige EU met een gezonde economie, voldaan is.

Het EU-bouwwerk staat nog in de steigers, maar moet nu echt af, en snel ook. Het had allemaal sneller gemoeten, hier en daar ook langzamer, in elk geval beter en slimmer. Die discussie is vandaag niet meer belangrijk. Laten we die voorgeschiedenis maar zien als onvermijdelijke groeistuipen. Zo goed als we ons ook niet gek moeten laten maken door incidenten, hoe vervelend ook. Als we ons door de opvliegingen van Donald Trump, immigratiegolven of een tegenvallend loonstrookje in de armen van China of charlatans storten, of isolement verkiezen, zijn dat beslissingen die we de rest van deze eeuw zullen bezuren.

Ik kijk vanuit mijn woonplek uit over een eenzaam weiland. The middle of nowhere. Weer trek ik denkbeeldige cirkels. Midden in Europa, hartje EU, waarom ook niet, ik kan er vrede mee hebben. We zingen het hier nog wel even uit.

Federalisme of fragmentatie

JAARGANG 10, NR. 1, MAART 2014

THEMA: Federalisme of fragmentatiek

Oké, en nu echt een Europese Unie!
Rik Smits

Zonder bommen is het nog niet meteen vrede
Joost Augustijn

Viva Padania!
Andrej Zaslove

Het verdriet van Catalonië
Steven Adolf

Nuchtere republiek vs. pompeus keizerrijk
Thomas von der Dunk

Poolse lente
Laura Starink

Hoe groot is het verschil tussen ‘us Joske’ en ‘Ton de solist’?
Leo Huberts

En verder:

Politiek in prent: Regionaal appelsap
Koos van Weringh

Van de redactie: De onmetelijke relevantie van het verenigde Europa
Rik Smits

Van de borreltafel

De ‘pronkbisschop’ loopt drie eeuwen achter
Thomas von der Dunk

Het werd een mausoleum of de Tiber
Fik Meijer

Aartsvaders: De rechtsbeschermer
Matthijs Rooduijn

Quod licet 11: De Oranjes zagen ze vliegen
Gerard Aalders

Boekbespreking: Doelgericht optimisme met een kern van waarheid
Annemarie Jorristsma

Gastcolumn: Leve de Republiek Europa!
Jan Marinus Wiersma

Onvrede om de euro

JAARGANG 6, NR. 3, SEPTEMBER 2010

THEMA: Onvrede om de euro

Eenmaal lid, altijd lid
Arjo Klamer

De lange mars naar de euro
W.L. Korthals Altes

Het Europese leger strandt in de vorige oorlog
Thomas von der Dunk

Estland walst vol vertrouwen euroland in
Jeroen Bult

En verder:

Van de redactie: Euro, Teuro, zeuro, fleuro
Rik Smits

Politiek in prent: Klassenjustitie
Koos van Weringh

Van de borreltafelWatch movie online Logan (2017)

Van de PVV valt veel te leren
Rik Smits

Aartsvaders: de meritocraat
Matthijs Rooduijn

Ger Beukenkamp: “Den Uyl had ’n einde aan de monarchie kunnen maken”
Leo Polak

Geheime zendmast teistert dorp
Bastienne Wentzel

Prins Bernhard claimt verder
Gerard Aalders

Verdwenen monarchieën: Polen
Leo Platvoet

Boekbespreking: Gluren in de tent van het stamhoofd
Fred Reurs

Gastcolumn: H.M.’s onderdanen
Paul Damen

Indië verloren

JAARGANG 5, NR. 4, DECEMBER 2009

THEMA: Indië verloren

Kolonisatie en dekolonisatie: een pot nat
Gerard Aalders

Het land dat maar geen natiestaat wil worden
Henk Schulte Nordholt

Opium van Oranje
Ewald Vanvugt

Nog altijd niet in het reine
Gerrit-Jan Pulles

Ambtenaar tussen Oost en West
Marije Plomp

Niet alles trilde van paringsdrift
Eveline Buchheim

De Hollandse ballingschap
Leo Polak

Kolonialisme in de keuken
Johannes van Dam

Postkoloniaal naschrift
Alfred Birney

En verder:

Van de redactie: Spaans gepeperde termen
Rik Smits

Politiek in prent: Wrok, spijt en leugens
Koos van Weringh

Oranjemotto: ‘Geen cent te veel, hoor!’
Gerald Aalders

Duits Hof kritisch over de Europese Unie
David Nederlof en Jan-Herman Reestman

Aartsvaderen: Politieke dieren
Matthijs Rooduijn

Den Boef solliciteert bij de RVD
August Hans den Boef

Waterland
Lucas Hirsch

Kroniek van een charlatan: Prins in hogere sferen
Gerard Aalders

Boekbespreking: De zinloze oorlog van een vergeten leger
John Jansen van Galen

20 jaar na het IJzeren Gordijn – het paradijs dat niet uitbrak

JAARGANG 5, NR. 3, SEPTEMBER 2009

THEMA: 20 jaar na het IJzeren Gordijn – het paradijs dat niet uitbrak

Het einde dat niet kon komen
Rik Smits

Voor een handvol euro’s
Mihai Varga

Arminius: van republikein tot imperialist
Anton van Hooff

De instemmingsfabriek
Rik Smits

Het roest dat nog restte
Thomas von der Dunk

Bas Heijne: Gespleten burgers in een verenigd Europa
Bram Creusen

Kaas versus worst
Thomas von der Dunk

Gastcolumn: De tijd ging weer tikken
Nausicaa Marbe

En verder:

Van de redactie: Grimmiger en banger
Rik Smits

Politiek in prent: Einstürzende Neubauten
Koos van Weringh

Aartsvaderen: De evenwichtskunstenaar
Matthijs Rooduijn

Bernard de Rampzalige
Leo Polak

Kroniek van een charlatan: Argentijnse atoomgeheimen
Gerard Aalders

Verdwenen monarchieën: Rusland
Leo Platvoet

Boekbespreking: De economie van democratie
Jasper Blom

Europa

JAARGANG 5, NR. 1, MAART 2009

THEMA: Europa

Europeanen!
Thomas von der Dunk

Ambtenarenrepubliek ontbeert smoel
Jan Marinus Wiersma

Een parlement is nog geen volksvertegenwoordiging
Matthijs Rooduijn

Europa: een cartografische mythe
Anton van Hooff

Nóg een president voor Europa
Wim Voermans

Tussen piña colada en Falklandwol
Dirk-Jan van Baar

Oorlog smoor je in voorspoed
Gerard Aalders

Saai, raar maar onmisbaar
Erik Meijer

Heinekens Eurotopia
Rik Smits

Het onversaagde idealisme van Mister Europe
Johan van Merriënboer

En verder:

Van de redactie: Brusselse loverboy
Rik Smits

Politiek in prent
Koos van Weringh

Einigkeit und Recht und Freiheit
Kurt Haverkort

De RVD boetseerde de boetserende Beatrix
Kurt Haverkort

Afgetroefd!
Pim van der Meiden

Wag the dog II
Rik Smits

Jobhoppende vorsten
Thomas von der Dunk

Kroniek van een Charlatan: Bilderberg
Gerard Aalders

Spookschrijver legt politici hart op de tong
Thomas von der Dunk

Berliner Bollen
Lydia Rood

De koning binnen de EU. Bedreigde soort of nationaal symbool?

JAARGANG 3, NR. 4, DECEMBER 2007

De koning binnen de EU. Bedreigde soort of nationaal symbool?

INHOUD

VAN DE REDACTIE

DE NORMALE LIMIET GELDT VOOR PRINS(ESS)EN NIET

DE VRIJE REPUBLIEK
Adriaan Boiten

DE STAAT VAN NEDERLAND
Lucas Hirsch

POLITIEK IN PRENT
Koos van Weringh

DE POLITIEKE GENADEKLAP
Leo Platvoet

PERVERSE INDOCTRINATIE
Hans van der Bergh

HET LAND VAN MÁXIMA
Dick Pels

UIT DE KAST: GERRIT JAN WOLFFENSPERGER
Ite Rümke

BOEKBESPREKING
Paul Troost

COLUMN: EEN TREURIG LIED
Thomas von der Dunk

GEGOKT EN VERLOREN
Thomas von der Dunk

BRIEFGEHEIM
Gerard Aalders

COLUMN: DE ONDERBUIK
Lydia Rood

THEMA

DE KONING BINNEN DE EU

Strijd om dèmokratia
Anton van Hooff

Voor eventjes koning
Thomas von der Dunk

Meer royalty dan monarchie
Rik Smits

Schaf de koninklijke prerogatieven af!
Ton van den Brandt

Van krachtpatser tot knuffelbeer?
Matthijs Rooduijn

Ongemakkelijke bedgenoten of innige liefde?
Toine Donk

Het geval België
Tom Rooduijn

Vatbaar voor herziening
Jef Coeck

Europa versus de monarchie. Europese vorstendommen staan haaks op eenwording

JAARGANG 1, NR. 3, SEPTEMBER 2005

Europa versus de monarchie. Europese vorstendommen staan haaks op eenwording.

INHOUD

REDACTIONEEL

MYSTIEK KONINGSCHAP
René Zwaap

COLUMN
Nelleke Noordervliet

MÁXIMA’S SPAGAAT
Ulli d’Oliveira

REPUBLICANISME EN DE STAD VAN MAX WEBER
Bart Tromp

THEMA

EUROPA VERSUS DE MONARCHIE

Europese Grondwet gemiste kans
Bart de Koning

Interview met Leo Platvoet
Ton van den Brandt

Liechtenstein, museum van de monarchie
Leo Platvoet

Kroonprins Filip, conservator van het kunstwerk België
Hans van Scharen

La Republique… c’est notre royaume
Jan Prillevitz

 

REPUBLIEK IN PRENT
Koos van Weringh

KONINGSMOORD, EEN KLASSIEKE BURGERPLICHT
Anton van Hooff

UIT DE KAST: VIJF VRAGEN AAN HARRIËT CALO
Ite Rümke

WAAR ZIJN DE LIBERALEN GEBLEVEN?
Bart de Koning

COLUMN
Lydia Rood